maart 11, 2024

De ware impact van een infokiosk zit niet in de technologie, maar in het proactief wegnemen van elke onzekerheid bij de patiënt.

  • Een toegankelijk design voor alle gebruikers (van rolstoelgebruikers tot laaggeletterden) is geen ‘extra’, maar de kern van een functionele kiosk.
  • Hygiëne, betrouwbaarheid en veilige authenticatie (zoals met itsme®) vormen samen een ‘ecosysteem van vertrouwen’ dat de patiënt geruststelt.

Aanbeveling: Focus niet op de specificaties van het scherm, maar op het ontwerp van een naadloze, stressvrije en inclusieve gebruikerservaring.

De wachttijd in een ziekenhuis is meer dan alleen minuten op een klok; het is een periode van onzekerheid, stress en soms angst. Als facilitair manager zoekt u constant naar manieren om die patiëntenstromen te optimaliseren en de beleving te verbeteren. De introductie van interactieve touchscreens en digitale kiosken lijkt dan een logische stap. Veel projecten focussen echter louter op technologische efficiëntie: snellere hardware, grotere schermen, meer functies.

Deze aanpak mist vaak de essentie. Men installeert een kiosk om in te checken, maar vergeet de ergonomie voor een rolstoelgebruiker. Men digitaliseert formulieren, maar negeert de drempel voor laaggeletterden of anderstaligen. De post-COVID realiteit voegt daar nog een laag aan toe: de angst om een publiek scherm aan te raken. Al deze kleine fricties, of micro-frustraties, ondermijnen het doel van de technologie en verhogen net de stress bij de patiënt.

Maar wat als de ware sleutel niet ligt in de snelheid van de processor, maar in het bouwen van een compleet ecosysteem van vertrouwen? Dit artikel benadert de infokiosk niet als een machine, maar als een cruciaal contactpunt in de zorgketen. Vanuit het perspectief van een UX-designer onderzoeken we hoe designkeuzes – van antimicrobiële coatings tot de integratie van itsme® – elke mogelijke drempel voor de meest kwetsbare gebruiker proactief wegnemen. Het doel is niet enkel efficiëntie, maar een voelbare vermindering van patiëntenstress.

In de volgende secties duiken we dieper in de cruciale componenten die een standaard infokiosk transformeren tot een baken van rust en duidelijkheid in uw ziekenhuis. We verkennen concrete, functionele oplossingen voor de meest voorkomende designfouten, specifiek voor de Belgische context.

Waarom zijn antimicrobiële coatings essentieel voor publieke schermen post-COVID?

De bereidheid van een patiënt om een digitale kiosk te gebruiken, begint met een fundamentele vraag: “Is dit veilig?”. In een post-pandemische wereld is de angst voor contactoppervlakken een reële psychologische drempel. Een scherm mag dan wel digitaal zijn, de interactie is fysiek. Het negeren van deze ‘contactangst’ is een garantie op lage adoptie. Het gaat hierbij niet enkel om de feitelijke hygiëne, maar om psychologische hygiëne: de zichtbare en voelbare geruststelling dat er aan veiligheid is gedacht.

Antimicrobiële coatings en films spelen hierin een cruciale rol. Deze lagen, die vaak ionen van zilver of koper bevatten, verstoren actief de celprocessen van micro-organismen zoals bacteriën en virussen, waardoor hun groei en overleving op het oppervlak wordt geremd. Dit is geen overbodige luxe; wetenschappelijk onderzoek toont aan dat 12,5% van de toetsenborden in openbare ruimtes een potentieel gevaar voor de gezondheid vormt. Een touchscreen is daarin niet anders.

De implementatie gaat verder dan de technologie zelf. Het is essentieel om deze maatregel ook te communiceren. Een kleine sticker of een melding op het startscherm (“Dit scherm is voorzien van een antimicrobiële bescherming”) kan de perceptie van veiligheid aanzienlijk verhogen. Academische ziekenhuizen zoals het Erasmus MC in Rotterdam waren pioniers door al hun medische touchscreens te voorzien van een dergelijke bescherming, getest tegen bacteriën als MRSA en E. Coli. Dit toont aan dat het bouwen van vertrouwen begint bij de meest basale, fysieke interactie.

Hoe maak je een interface bruikbaar voor laaggeletterden en anderstaligen?

Eenmaal de patiënt het vertrouwen heeft om het scherm aan te raken, doemt de volgende barrière op: begrip. In België is een aanzienlijk deel van de bevolking laaggeletterd of spreekt het geen van de landstalen als moedertaal. Een interface vol complexe zinnen, medisch jargon of onduidelijke menu’s creëert onmiddellijk een gevoel van uitsluiting en frustratie. De designuitdaging is hier om te streven naar universele begrijpelijkheid, een kernprincipe van digitale inclusie.

De oplossing ligt in het verschuiven van een tekst-gebaseerde naar een visueel-georiënteerde navigatie. Intuïtieve pictogrammen, duidelijke kleurcodes en een logische, stapsgewijze flow zijn hierbij essentieel. In plaats van te vragen “Selecteer uw specialisme”, toont u pictogrammen voor cardiologie, pediatrie, enzovoort. Dit is geen ‘versimpeling’, maar een robuuste ontwerpstrategie die iedereen ten goede komt, ook gehaaste of gestresseerde gebruikers.

Close-up van handen die intuïtieve pictogrammen selecteren op touchscreen in een ziekenhuisomgeving

Een effectieve, inclusieve interface steunt op de volgende pijlers:

  • Taalkeuze bij de start: Bied onmiddellijk een duidelijke taalkeuze aan met vlaggen. In België zijn Nederlands, Frans en Duits een minimum, aangevuld met Engels en de belangrijkste migrantentalen van de regio.
  • Gebruik van iconen: Maak gebruik van universeel herkende pictogrammen, idealiter conform de ISO 7001-standaard voor publieke symbolen.
  • Eenvoudig taalgebruik (B1-niveau): Alle resterende tekst moet in korte, actieve zinnen van maximaal acht woorden worden geschreven. Vermijd ambtelijke taal en complexe formuleringen.
  • Audio-ondersteuning: Een ‘voorlees’-functie in de geselecteerde taal is cruciaal voor laaggeletterden en mensen met een visuele beperking.
  • Visuele feedback: Bevestig elke keuze met een duidelijke visuele animatie (bv. een vinkje) en een korte, positieve melding.

Door deze principes toe te passen, verandert de kiosk van een potentieel obstakel in een helpende gids, die elke patiënt, ongeacht zijn achtergrond, met respect en duidelijkheid behandelt.

Spraakbediening of touchscreen: wat werkt het snelst in een lawaaierige stationshal?

De vraag naar contactloze interactie heeft spraakbediening naar voren geschoven als een modern alternatief. In de context van een drukke en lawaaierige omgeving, zoals de inkomhal van een ziekenhuis, is de keuze tussen spraak, touch of een hybride model echter complex. Het gaat niet enkel om snelheid, maar ook om betrouwbaarheid, privacy en toegankelijkheid. Een foute keuze kan leiden tot ernstige micro-frustraties: een spraakcommando dat niet wordt herkend, of de gevoelige vraag om “uw geboortedatum in te spreken” in een volle wachtzaal.

De hybride aanpak, waarbij een QR-code op de kiosk de gebruiker naar een webinterface op de eigen smartphone leidt, wint snel aan populariteit. Dit model combineert de voordelen van contactloos (hygiëne, privacy) met de betrouwbaarheid en vertrouwdheid van het eigen toestel. Bovendien blijkt uit onderzoek dat digitale kiosken de wachttijden met 30-40% kunnen verkorten, en een naadloze interactie is hierbij cruciaal.

Macro opname van een smartphone die een QR-code scant van een kiosk scherm

De volgende tabel, aangepast aan een Belgische ziekenhuiscontext, weegt de verschillende interactiemethodes tegen elkaar af:

Vergelijking spraakbediening vs. touchscreen vs. hybride model
Criterium Spraakbediening Touchscreen Hybride (QR + Smartphone)
Privacy patiëntgegevens Laag risico Gemiddeld Hoog (eigen toestel)
Gebruikssnelheid 30-45 sec 15-20 sec 20-30 sec
Toegankelijkheid visueel beperkten Uitstekend Beperkt Goed met screenreader
Hygiëne post-COVID Optimaal (contactloos) Vereist coating/reiniging Optimaal (eigen toestel)
Betrouwbaarheid accenten België 60-70% 100% 100%

De data toont aan dat er geen ‘one-size-fits-all’ oplossing is. Een traditioneel touchscreen blijft het snelst voor eenvoudige taken. Spraakbediening is superieur voor gebruikers met een visuele of motorische beperking, maar faalt vaak op het vlak van privacy en betrouwbaarheid in rumoerige omgevingen. Het hybride QR-model biedt een uitstekend compromis, vooral op het vlak van hygiëne en privacy, wat fundamentele bouwstenen zijn van het ecosysteem van vertrouwen.

De ergonomische fout waardoor rolstoelgebruikers je infokiosk niet kunnen bedienen

Een prachtig ontworpen interface is volstrekt nutteloos als de gebruiker er fysiek niet bij kan. De meest gemaakte en meest fatale fout bij de implementatie van infokiosken is het negeren van de fysieke ergonomie, met name voor rolstoelgebruikers en mensen van kleine gestalte. Een kiosk die te hoog is gemonteerd of geen ruimte biedt voor knieën, is geen technologische vooruitgang; het is een monument van uitsluiting dat het vertrouwen van een patiënt onherroepelijk schaadt.

Toegankelijkheid is een wettelijke en morele plicht. Zoals Inter, het Vlaams expertisecentrum voor toegankelijkheid, stelt in een recent SERV-rapport over publieke dienstverlening, gaat het om meer dan enkel bereikbaarheid.

Toegankelijkheid omvat de 6 B’s: Bereikbaar, Betreedbaar, Beschikbaar, Bruikbaar, Begrijpelijk en Bekend.

– Inter – Agentschap Toegankelijk Vlaanderen, SERV Rapport Publieke Dienstverlening 2024

Een te hoge kiosk faalt op de ‘B’ van bruikbaarheid. De oplossing ligt in een doordacht hardwareontwerp en plaatsing, waarbij rekening wordt gehouden met vaste normen voor rolstoeltoegankelijkheid. Een kantelbaar scherm is bijvoorbeeld geen luxe, maar een noodzaak om reflecties te vermijden voor een zittende gebruiker. Vrije ruimte onder de kiosk is eveneens non-negotiabel.

Actieplan: audit voor een rolstoeltoegankelijke kiosk

  1. Hoogte van de bediening: Controleer of de onderrand van het actieve touchscreen op maximaal 80 cm van de vloer is geplaatst. Zijn de belangrijkste knoppen bereikbaar voor een zittende gebruiker?
  2. Vrije knieruimte: Meet de vrije ruimte onder de kiosk. Is deze minimaal 70 cm hoog, 90 cm breed en 60 cm diep, zodat een rolstoelgebruiker dichtbij kan komen?
  3. Scherm en reflecties: Is het scherm kantelbaar (ideaal tussen 15-30 graden)? Test vanuit een zittende positie of plafondverlichting reflecties veroorzaakt die de leesbaarheid belemmeren.
  4. Tactiele en visuele signalisatie: Is er een tactiele markering op de vloer (op ca. 60 cm afstand) om de locatie aan te duiden voor mensen met een visuele beperking? Is de kiosk duidelijk zichtbaar en goed verlicht?
  5. Interface aanpassing: Bevat de software een ’toegankelijkheidsmodus’-knop? Deze modus kan de interface naar de onderste helft van het scherm verplaatsen voor eenvoudiger bereik.

Het uitvoeren van deze audit, idealiter in samenwerking met ervaringsdeskundigen en organisaties als AnySurfer, is de enige manier om te garanderen dat uw investering een instrument van inclusie wordt, en niet van frustratie.

Hoe monitor je op afstand welke schermen defect zijn om frustratie te voorkomen?

Er is niets dat het vertrouwen in een digitaal systeem sneller breekt dan een bordje met “BUITEN DIENST”. Een defecte kiosk is niet alleen een verspilde investering – de investering voor een digitale kiosk varieert van €2.000 tot €20.000 – het is een bron van immense frustratie voor patiënten en extra werkdruk voor het personeel. Voor een facilitair manager is het proactief beheren van de uptime van deze systemen dan ook een absolute topprioriteit. Wachten tot een patiënt of medewerker een defect meldt, is een reactieve en inefficiënte strategie.

Moderne kioskoplossingen moeten standaard uitgerust zijn met een Remote Management System (RMS). Dit softwareplatform stelt de technische dienst of de externe leverancier in staat om de status van alle schermen in real-time te monitoren. Het systeem kan automatisch waarschuwingen sturen bij problemen zoals:

  • Connectiviteitsverlies (geen internet)
  • Een ‘bevroren’ applicatie
  • Hardwarefouten (bv. een niet-reagerend touchscreen)
  • Papiertekort in een aangesloten printer

Een goed voorbeeld zijn de Vital Zelfmeetkiosken die in Nederlandse ziekenhuizen worden gebruikt. Deze systemen gidsen patiënten niet alleen met video, maar hun real-time monitoring zorgt ervoor dat elke storing onmiddellijk wordt gedetecteerd en doorgegeven aan de technische dienst, vaak nog voordat de eerste gebruiker er last van heeft. De resultaten worden bovendien direct en veilig in het Elektronisch Patiënten Dossier (EPD) geplaatst, wat de betrouwbaarheid van het hele ecosysteem ten goede komt.

Voor een facilitair manager is het cruciaal om bij de aankoop scherpe afspraken te maken over onderhoud en ondersteuning. Deze afspraken worden vastgelegd in een Service Level Agreement (SLA). De onderstaande tabel geeft een indicatie van typische SLA’s in België.

Indicatieve SLA-vergelijking voor kioskonderhoud in België
Locatie Responstijd Resolutietijd Uptime garantie
Grootstad (Brussel/Antwerpen) 2-4 uur 8 uur 99,5%
Regionale stad 4-8 uur 24 uur 99%
Landelijk gebied 8-24 uur 48 uur 98%

Het kiezen voor een partner met een robuust monitoringsysteem en een scherpe SLA is geen kostenpost, maar een investering in de continuïteit en betrouwbaarheid van de patiëntenbeleving.

Hoe maak je een overheidswebsite bruikbaar voor mensen met een visuele beperking?

De principes voor het toegankelijk maken van een overheidswebsite zijn direct toepasbaar op de interface van een ziekenhuiskiosk, zeker voor gebruikers met een visuele beperking. Dit gaat veel verder dan enkel een groter lettertype aanbieden. Echte toegankelijkheid voor deze doelgroep vereist dat de kiosk volledig bedienbaar is zonder het scherm te kunnen zien. Dit is een complexe technische uitdaging die steunt op internationale standaarden en specifieke hardware-aanpassingen.

De basis voor alle digitale toegankelijkheid wordt gevormd door de Web Content Accessibility Guidelines (WCAG). Zoals de VVSG (Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten) aangeeft, is dit de onbetwiste norm. Een kioskinterface moet voldoen aan deze richtlijnen, net zoals een website dat moet.

De richtlijnen voor digitale toegankelijkheid vind je in de Web Content Accessibility Guidelines (WCAG), dé standaard voor toegankelijkheid van webcontent.

– VVSG, Digitale toegankelijkheid: een belangrijke verantwoordelijkheid

In België vertaalt de organisatie AnySurfer deze WCAG-richtlijnen naar concrete, testbare criteria. Voor een infokiosk betekent dit dat de interface moet samenwerken met hulptechnologieën zoals screenreaders (software die de tekst op het scherm voorleest). Dit vereist zowel softwarematige als hardwarematige aanpassingen:

  • Fysieke koptelefoonaansluiting: Een standaard 3.5mm jack-aansluiting is onmisbaar. Hierdoor kan een gebruiker zijn eigen koptelefoon inpluggen om de output van de screenreader in alle privacy te beluisteren, zonder de hele wachtzaal mee te laten luisteren.
  • Text-to-Speech (TTS) motor: De kiosk moet een kwalitatieve stemgenerator hebben voor de ondersteunde talen (minimaal Nederlands, Frans, Duits in België).
  • Hoog contrast modus: Voor slechtziende gebruikers moet een modus met een hoog contrast (minimaal 7:1 ratio, conform WCAG) met één druk op de knop activeerbaar zijn.
  • Volledige toetsenbordbediening: Elke functie, van navigatie tot formulierinvoer, moet bedienbaar zijn met een fysiek (of via USB aangesloten) toetsenbord, zonder afhankelijk te zijn van ‘mikken en klikken’ met een muis of vinger.

Het testen met screenreaders als NVDA of JAWS en het betrekken van ervaringsdeskundigen is geen eindcontrole, maar een integraal onderdeel van het ontwerpproces. Enkel zo kan men garanderen dat de kiosk een hulpmiddel is voor iedereen.

Hoe kan een 5G-modem een alternatief zijn voor een trage VDSL-lijn?

Een geavanceerde interface en een perfecte toegankelijkheid zijn waardeloos als de kiosk tergend traag reageert. De snelheid van de gebruikerservaring is rechtstreeks afhankelijk van de stabiliteit en de bandbreedte van de internetverbinding. In veel ziekenhuisgebouwen, zeker oudere panden, is het trekken van een performante glasvezel- of VDSL-lijn naar de exacte locatie van de kiosk complex en duur. Een trage verbinding leidt tot lange laadtijden, wat de patiënt onzeker maakt (“Is het systeem vastgelopen?”) en de wachttijd paradoxaal genoeg verlengt.

Hier biedt een professionele 5G-modem een krachtig en flexibel alternatief. In tegenstelling tot het delen van het vaak overbelaste publieke wifi-netwerk, creëert een dedicated 5G-verbinding een snelle en stabiele datastroom exclusief voor de kiosk. De dekking van 5G in België is de laatste jaren aanzienlijk verbeterd, waardoor dit een haalbare optie is geworden in de meeste regio’s.

De echte doorbraak voor de zorgsector zit echter in private 5G-netwerken. Deze creëren een volledig afgeschermd, ultra-betrouwbaar netwerk binnen het ziekenhuis, met extreem lage latentie (vertraging), wat essentieel is voor kritische data-overdracht. Het is de ruggengraat voor toekomstige innovaties zoals real-time monitoring van patiënten en augmented reality voor chirurgen.

Praktijkvoorbeeld: AZ Groeninge als 5G-pionier

In een samenwerking met Proximus NXT werd het AZ Groeninge in Kortrijk het eerste ziekenhuis in de Benelux met een eigen, privaat 5G-netwerk. Dit netwerk ondersteunt niet alleen de huidige applicaties, maar creëert vooral een toekomstbestendig platform voor innovaties in de zorg. Voor infokiosken betekent dit een gegarandeerde, bliksemsnelle en veilige verbinding, los van de traditionele bekabeling, wat de betrouwbaarheid van het hele ecosysteem ten goede komt.

Voor een facilitair manager biedt 5G een enorme flexibiliteit in de plaatsing van kiosken, zonder afhankelijk te zijn van bestaande netwerkaansluitingen. Dit maakt het mogelijk om de kiosken daar te plaatsen waar ze de meeste waarde bieden voor de patiëntenstroom, en niet waar toevallig een UTP-kabel beschikbaar is.

Belangrijkste aandachtspunten

  • Vertrouwen is de basis: Een kiosk moet fysiek (hygiëne), cognitief (begrijpelijk) en functioneel (betrouwbaar) vertrouwen uitstralen.
  • Inclusiviteit is geen optie: Ergonomie en toegankelijkheid voor alle gebruikers, inclusief rolstoelgebruikers en mensen met een beperking, moeten vanaf dag één in het ontwerp zitten.
  • De Belgische context telt: Lokale oplossingen zoals itsme® en standaarden zoals die van AnySurfer zijn cruciaal voor een succesvolle implementatie.

Hoe helpt de ‘digitale kluis’ senioren hun administratie veilig te beheren in Vlaanderen?

De laatste en misschien wel belangrijkste bouwsteen van het ecosysteem van vertrouwen is dataveiligheid en identiteitsbeheer. Patiënten, en zeker senioren, zijn terecht bezorgd over hun medische gegevens. Hen vragen om een gebruikersnaam en wachtwoord aan te maken op een publieke kiosk is een recept voor onveiligheid en wantrouwen. De oplossing ligt in het integreren van een systeem dat reeds breed vertrouwd en gebruikt wordt: de ‘digitale kluis’.

In Vlaanderen en bij uitbreiding heel België is itsme® de onbetwiste standaard voor veilige digitale identificatie. Door itsme® te integreren in de aanmeldprocedure van de kiosk, hoeft de patiënt geen persoonlijke gegevens op het publieke toestel in te voeren. De authenticatie gebeurt volledig via de eigen, vertrouwde smartphone. Dit proces is niet alleen veiliger, maar ook veel eenvoudiger en sneller voor de gebruiker.

De integratie van itsme® op een ziekenhuiskiosk volgt een eenvoudig en herkenbaar stappenplan:

  1. Selectie: De patiënt kiest op het startscherm van de kiosk voor de optie ‘Aanmelden met itsme®’.
  2. QR-code: Er verschijnt een unieke, tijdelijke QR-code op het scherm van de kiosk.
  3. Scan: De patiënt opent de itsme®-app op zijn of haar smartphone en scant de QR-code.
  4. Bevestiging: De patiënt bevestigt de actie in de app met zijn of haar persoonlijke itsme®-pincode of via biometrie (vingerafdruk of gezichtsherkenning).
  5. Koppeling: De kiosk ontvangt een veilige bevestiging en logt de patiënt automatisch in op de juiste omgeving, zoals het platform MijnGezondheid.be of een regionaal zorgportaal.

Na deze naadloze aanmelding krijgt de patiënt veilig toegang tot persoonlijke informatie, zoals afspraken, resultaten of administratieve documenten. Deze methode neemt de angst voor datalekken weg en versterkt het gevoel van controle en veiligheid bij de patiënt, wat de kern is van een positieve wachttijdbeleving.

Door te kiezen voor een vertrouwde standaard, bouwt u aan de finale laag van het vertrouwen. De integratie van een digitale kluis zoals itsme® is een cruciale stap in dit proces.

Door deze principes van een ‘ecosysteem van vertrouwen’ toe te passen – van hygiëne en toegankelijkheid tot betrouwbaarheid en veilige identificatie – transformeert u de infokiosk van een simpele machine naar een waardevolle partner in de zorg voor uw patiënten. De volgende stap is om deze visie om te zetten in een concreet actieplan voor uw faciliteit.

Jonas Wouters, Senior IT-consultant en expert in smart home integratie, cybersecurity en digitale inclusie voor consumenten en KMO's.